Skip to content

SCAN#1: De Vlaamse en federale energie- en klimaatplannen

Zowel de Vlaamse als federale overheid hernieuwden dit jaar hun Energie- en Klimaatplannen. En ook al blinken ze uit in goede intenties, er worden geen concrete doelstellingen vastgelegd om werk te maken van een echt sociaal rechtvaardig klimaatbeleid

beeld: Joana Mundana for ArtistsForClimate.org

Sociale dimensie in klimaatplannen is ongeloofwaardig

België is een complex land, en dat heeft ook zijn gevolgen voor het klimaatbeleid. Elk Gewest maakt zijn eigen Energie- en Klimaatplan, nog aangevuld met het federale plan. Die vier plannen maken samen één nationaal klimaatplan. Ieder niveau heeft zijn eigen hefbomen om tot een sociaal rechtvaardig klimaatbeleid te komen, al ligt het zwaartepunt bij de Gewesten. Om al die plannen op elkaar af te stemmen is een goede afstemming onontbeerlijk. Een heikel punt: op Belgisch niveau ontbreekt namelijk iedere coördinatie.

Vlaanderen schiet tekort

Het Vlaams Energie- en Klimaatplan (VEKP) werd door de Vlaamse regering goedgekeurd in mei 2023. Over de klimaatdoelstellingen an sich is al behoorlijk wat inkt gevloeid. Maar als we inzoomen op  de sociale rechtvaardigheid van het plan, dan schiet het tekort. Te vaak wordt geschermd met termen als betaalbaarheid en draagvlak om een ambitieus, rechtvaardig klimaatbeleid te ondermijnen.

Er is ook nauwelijks een mogelijkheid om de sociale dimensie van het Vlaamse plan op te volgen. De Vlaamse regering toont weinig ambitie, er zijn weinig concrete doelstellingen geformuleerd voor  2030 of 2050. En het beleid dát wordt gevoerd, is niet bepaald rechtvaardig.

“We zien dat beloftes over betaalbaarheid en draagvlak misbruikt worden om ambiteus, sociaal rechtvaardig klimaatbeleid te ondermijnen.”

Beeld: Marianna Tomaselli for ArtistsForClimate.org

Er zijn bijvoorbeeld wel doelstellingen geformuleerd voor het aantal premies voor isolatie, maar die worden niet gekoppeld aan bepaalde inkomenscategorieën. Of nog: er is een plan voor het elektrificeren van De Lijn, maar dit is niet gekoppeld aan de betaalbaarheid van het openbaar vervoer of een verbetering van de kwaliteit. Voor de transportsector ontbreken concrete sociale doelstellingen. Er zijn wat vage omschrijvingen als ‘duurzame bereikbaarheid ondersteunen’, maar concrete maatregelen om de ongelijkheid en de vervoersarmoede te verkleinen zijn er niet. Hetzelfde zien we bij de belofte om de elektriciteitsfactuur te vereenvoudigen en zo elektriciteit voordeliger te maken dan fossiele brandstoffen. Ook hier is niet nagedacht over hoe kwetsbare groepen en mogelijke ‘achterblijvers’ te helpen.

Er is een plan voor het elektrificeren van De Lijn, maar dit is niet gekoppeld aan de betaalbaarheid van het openbaar vervoer of een verbetering van de kwaliteit. Beeld: Philippe Dheure

De Vlaamse regering klopt zichzelf op de borst over het renovatiebeleid. Renovatie is dan ook bij uitstek een instrument voor rechtvaardige transitie: je kan werk maken van energie-efficiëntie en het gebruik van fossiele brandstoffen verminderen. Je kan wonen zo betaalbaarder maken door mensen af te helpen van schommelende prijzen en dure energierekeningen. Zo wordt wonen betaalbaarder, verbetert de woon- en levenskwaliteit én verlagen we de uitstoot van broeikasgassen.
Vlaanderen beweert dat het renovatiebeleid is gericht op lagere inkomensgroepen. Toch gaat meer dan de helft van de premies naar de dertig procent rijkste gezinnen. Doordat de laagste inkomenscategorie volgens de Vlaamse overheid 70% van de bevolking vertegenwoordigt, kent dit begrip een te ruime invulling en komt financiële steun vaak terecht bij wie die niet nodig heeft. 

Daarnaast blijft  de Vlaamse overheid  zich richten op eigenaars, terwijl het merendeel van de mensen in armoede is aangewezen op de huurmarkt, zowel de private als de sociale. Over de private huurmarkt staat zo goed als niets in het plan. Voor de sociale huurmarkt is voor de periode 2023-2024 een budget voorzien van 2,1 miljard euro om een inhaalbeweging in te zetten. Het zal dus belangrijk zijn om op te volgen of dat budget inderdaad slim en effectief wordt ingezet voor de meest kwetsbare huurders, want de Vlaamse regering heeft wat dat betreft geen al te beste reputatie. Een Klimaatactieplan richting 2050 zou hierbij helpen, maar die belofte heeft de regering nog niet ingelost.
Ook wat betreft premies voor verwarming zijn er momenteel geen aparte doelen voor de laagste inkomens. Zo moet de installatie van warmtepompen worden gestimuleerd, maar ook hier is geen flankerend beleid voorzien. Daardoor dreigen de meest kwetsbare groepen andermaal achter te blijven.

Federale overheid: in hetzelfde bedje ziek

Het Federaal Energie- en klimaatplan is in hetzelfde bedje ziek als het Vlaamse. Ook dit plan werd in april 2023 geactualiseerd, met “de rechtvaardige transitie als leidraad”. Algemeen kunnen we stellen dat de intenties er zijn, maar dat de daadkracht mist. 

Aangezien het grootste deel van de bevoegdheden en handvaten voor een sociaal rechtvaardig klimaatbeleid tot de gewesten behoren, is voor de federale regering een belangrijke taak weggelegd als coördinator en beheerder. Alleen zo is een gestroomlijnd en efficiënt beleid mogelijk. Maar in de praktijk slaagt de federale overheid hier niet in. Regionale regeringen kiezen ervoor eerst hun beleid te formuleren, terwijl er nog geen nationale doelstellingen of een gemeenschappelijk beleid is afgesproken. De Europese Commissie wees daar bij het vorige plan al op, en had ook bedenkingen bij de leesbaarheid. Het dreigt opnieuw dezelfde weg op te gaan. Dit is nefast, want coördinatie is cruciaal om de plannen op elkaar af te stemmen. Zo hebben gebruikers van het openbaar vervoer er baat bij dat de diensten van De Lijn en de NMBS op elkaar zijn afgestemd, om maar één voorbeeld te noemen. Er zijn enkele domeinen waar de federale regering wel eigen maatregelen kan nemen. Dat kan op het vlak van fiscaliteit, het spoor en de energieprijzen.

Zeker wat die laatste betreft is er de afgelopen jaren veel gebeurd. Het energieprijzenbeleid is bij uitstek een manier om kwetsbare mensen te beschermen. Helaas bevat dat beleid momenteel  geen enkele ecologische component. Maatregelen als het sociaal tarief, gespreid betalen of een sociaal verwarmingsfonds, zijn belangrijk om gezinnen met een laag inkomen die noodgedwongen een slecht geïsoleerde woning huren, te ondersteunen. Maar die federale maatregelen mogen niet vertragend werken voor verhuurders om te investeren in energiebesparende maatregelen – een gewestelijke bevoegdheid. Dit bewijst opnieuw het belang van een goede coördinatie en overleg tussen de verschillende overheden.

Fiscaal beleid biedt grote kansen om bijvoorbeeld de uitstoot te verminderen door die extra te belasten, maar dat beleid mist dan weer vaak een sociale component. Sowieso  blijft het wachten op echt nieuwe maatregelen. De regering kondigde wel aan om via een verschuiving in de energiebelasting elektrificatie te willen bevorderen. Zo zouden vervoer en verwarming sneller koolstofvrij worden. Maar er zijn tot nu geen concrete maatregelen genomen. Dat terwijl een tax shift zeker geen sociale aanslag hoeft te betekenen. Het is een gemiste kans: een fiscale hervorming zou perfect kunnen samengaan met een hervorming van het sociaal tarief, waardoor je ecologie en sociaal beleid kan combineren.

“Op het vlak van fiscaliteit blijft het sowieso wachten op echt nieuwe maatregelen. De regering kondigde wel aan om via een verschuiving in de energiebelasting elektrificatie te willen bevorderen. Zo zouden vervoer en verwarming sneller koolstofvrij worden. Maar er zijn tot nu geen concrete maatregelen genomen.” 

Die fiscale hefboom zou de federale regering veel meer kunnen uitspelen. Zelfs als er op nationaal niveau geen fiscale hervorming komt, komt er op Europees niveau sowieso een meerprijs op CO2 door een emissiehandelssysteem voor gebouwen en transport. Daarom is het des te belangrijker om goed na te denken hoe we ecologie en sociaal beleid kunnen verzoenen. De federale regering heeft wel beloofd dat de opbrengsten van het emissiehandelssysteem ten goede zullen komen aan de gezinnen en de KMO’s en zo een progressief inkomenseffect zullen hebben. Wij roepen op om dit geld structureel in te zetten om de transitie toegankelijk te maken voor iedereen.

Je zou kunnen stellen dat de gewesten meer hefbomen in handen hebben voor structureel langetermijnbeleid, zoals met het renovatiebeleid of beleid rond openbaar vervoer, terwijl de federale overheid meer hefbomen heeft voor flankerend kortetermijnbeleid via fiscaliteit en energieprijzen. Het is cruciaal dat deze twee goed op elkaar zijn afgesteld, maar helaas blijkt het omgekeerde vaak het geval. Zelfs los van deze coördinatie is het te vaak lang zoeken naar concrete doelstellingen en ambitieus rechtvaardig beleid. 

Wat is een emissiehandelsysteem?

Dit is een marktinstrument waarbij bedrijven of overheden het recht kopen om broeikasgassen uit te stoten. Met 1 emissierecht mag een bedrijf 1 ton CO2 uitstoten. Het aantal beschikbare rechten is beperkt en wordt ieder jaar minder. De prijs wordt bepaald door vraag en aanbod, waardoor de kost voor een emissierecht steeds duurder wordt. Zo wordt het voordeliger om te investeren in duurzaamheid. Bedrijven mogen hun emissierechten ook doorverkopen als ze bijvoorbeeld minder uitstoten. Daardoor ziet de EU in de emissiehandel een marktinstrument om klimaatverandering tegen te gaan.
De EU hanteert het systeem sinds 2005. Nu vallen 11.000 installaties uit de energie-intensieve industrie en de elektriciteitssector onder het systeem. Zij zijn samen goed voor ongeveer 40 procent van de broeikasgasemissies. De EU plant om het systeem uit te breiden naar gebouwen en de transsportsector.

Lees het hoofdstuk in het rapport

Scan#1: De Vlaamse en federale energie- en klimaatplannen

Achtergrondartikels

  • Gezinsbarometer Gezinsbond: “Een op de vier gezinnen  vergelijkt nooit energieprijzen”

    Gezinsbarometer Gezinsbond: “Een op de vier gezinnen vergelijkt nooit energieprijzen”

    De nieuwe resultaten van de Gezinsbarometer van de Gezinsbond tonen dat een op de vier gezinnen nooit energieprijzen vergelijkt. Zo laten gezinnen heel wat euro’s… Lees meer

  • Zonnebouwers+ project zorgt voor lagere energiefactuur voor gezinnen in energiearmoede

    Zonnebouwers+ project zorgt voor lagere energiefactuur voor gezinnen in energiearmoede

    Zonnebouwers+ is, een project van ECoOB, wil mensen in energiearmoede toegang geven tot duurzame energie, zonder dat de kosten daarbij fel oplopen. Een interview met… Lees meer

Deze scan draagt bij aan de volgende SDG’s: