Skip to content
Home - Blog - Speech Kitty Jong (FNV) op MO*talks

Speech Kitty Jong (FNV) op MO*talks

Kitty Jong, vicevoorzitter van het FNV  (de grootste Nederlandse vakbond) werd onlangs uitgenodigd door MO* op een MO*talks sessie over wat rechtvaardige transitie kan betekenen in Vlaams, federaal of Europees beleid de komende vijf jaar . Hieronder publiceren we haar integrale speech.

There are no jobs on a dead planet.

Een cliché, maar clichés hebben vaak de neiging een hoog waarheidsgehalte te hebben. Voor mij betekent het vooral dat de energietransitie en het klimaat niet alleen maar iets zijn voor de milieuorganisaties en politieke partijen om zich druk over te maken, maar zeker ook voor de vakbeweging.

Klimaatbeleid leeft in de vakbeweging, in Nederland, maar ook daarbuiten. Onze internationale vakbondskoepels hebben het voor elkaar gekregen dat in de preambule van het Verdrag van Parijs twee begrippen centraal worden gesteld en randvoorwaardelijk worden gemaakt voor het welslagen van de energietransitie: Just Transition and Decent Work. Oftewel: een eerlijke transitie en echte banen. Onlangs vierden we de Dag van de Arbeid. De dag waarop sinds 1890 wereldwijd de invoering van de achturige werkdag wordt gevierd. Vele successen in de strijd voor arbeidersrechten volgden in de eeuw erna. Heden ten dage is die strijd echter opnieuw hard nodig, zeker in Nederland. Een bizar fenomeen, te wijten aan 40 jaar neoliberalisme. De ideologie waarbij marktwerking de heilige graal is, een terugtredende overheid als ideaal wordt gezien, en de werkende veelal wordt gereduceerd tot kostenpost, en niet wordt gezien als rechthebbend op een rechtvaardig deel van het kapitaal. Deze constatering is des te schrijnend als we hem afzetten tegen het uiteindelijke doel van het te maken klimaatbeleid: een duurzame samenleving veilig stellen voor onszelf, onze kinderen en kleinkinderen. Wat mij betreft is het duurzaam omgaan met de mensen die die transitie moeten vormgeven niet los te zien van dat doel.

Just transition and decent work zijn daarom voor ons de leidraad in onze activiteiten rond het klimaat. En we werken – als FNV –  in Nederland nauw samen met de milieuorganisaties, zoals Greenpeace, Milieudefensie en Natuur & Milieu. Dat is in lang niet alle landen het geval. En dat zou wel moeten, als we willen voorkomen dat onze belangen als tegengesteld worden gezien, iets dat zeer nadelig zou kunnen uitpakken voor het maatschappelijk draagvlak voor een goed en ambitieus klimaatbeleid.

Concreet betekent dit dat wij de milieubeweging steunen in hun streven naar een echt ambitieus beleid. En op hun beurt steunen zij ons in het streven naar een eerlijke transitie, met een eerlijke verdeling van de lusten en de lasten, en aandacht voor de belangen van de werkenden in de transitie: het tot stand brengen van wat wij Echte Groene Banen noemen. Die samenwerking kwam tot uitdrukking in de klimaatmars op 10 maart, die we samen hebben georganiseerd, en die met 40.000 zeer gemotiveerde deelnemers een groot succes was. En natuurlijk ook in de deelname aan onze 1 mei-demonstratie van vanmiddag, met een speciaal blok voor de milieubeweging.

Image

Beeld: ©FNV / FNV

“We werken – als FNV –  in Nederland nauw samen met de milieuorganisaties, zoals Greenpeace, Milieudefensie en Natuur & Milieu. Dat is in lang niet alle landen het geval. En dat zou wel moeten, als we willen voorkomen dat onze belangen als tegengesteld worden gezien”KITTY JONG, FNV

Onze actieve bemoeienis met het klimaat is niet uit de lucht komen vallen. Als FNV hebben we een Grondslag waarin duurzaamheid en goede zorg voor Moeder Aarde een belangrijk uitgangspunt vormen.

En tegen de achtergrond van de opwarming van de aarde is in de Congresresolutie van de FNV uit 2017 het belang nog eens extra benadrukt, naar aanleiding van een oproep daartoe van de actieve leden. We hadden dus wel algemene uitgangspunten, maar geen uitgewerkte visie op klimaat en energie. Als portefeuillehouder, gekozen op dat Congres in mei 2017, heb ik die handschoen opgepakt.

In een intensief traject met een brede vertegenwoordiging vanuit de achterban, hebben we onze visie vorig jaar in ons Ledenparlement vastgesteld. Daarvoor hoefden we gelukkig niet bij nul te beginnen, want er is al een aantal jaren een zeer actieve Klimaatwerkgroep, met enthousiaste kaderleden, die al veel inzichten hadden opgedaan.

Het belang daarvan kan niet genoeg benadrukt worden, want onze inspanningen kunnen alleen maar succesvol zijn als ze gedragen worden door onze leden, en als we oprecht gebruik maken van hun inbreng en opinie.

“Onze inspanningen kunnen alleen maar succesvol zijn als ze gedragen worden door onze leden, en als we oprecht gebruik maken van hun inbreng en opinie.”

De FNV participeert in het Nederlandse klimaatakkoord dat onze nationale vertaling zal vormen van het Verdrag van Parijs, en de inzet is drieledig:

Ten eerste steunen we zonder voorbehoud de doelen uit het Parijs-akkoord.

We hebben daarbij een focus op wat de transitie betekent voor de arbeidsmarkt. We moeten zorgen voor om-, her- en bijscholing van werknemers, allereerst in de fossiele industrie. En we willen voor starters op de arbeidsmarkt zorgen voor Echte Groene banen: dat zijn banen met goede arbeidsvoorwaarden, volwassen arbeidsverhoudingen, goede arbeidsinhoud, en niet te vergeten veilige arbeidsomstandigheden. 28 april was het Workers Memorial Day. De dag waarop wereldwijd de doden als gevolg van een arbeidsongeval of blootstelling aan gevaarlijk stoffen worden herdacht. Bijna drie miljoen per jaar wereldwijd, ruim 4.000 elk jaar in Nederland en het aantal stijgt. De FNV vreest dat als daar niet veel meer aandacht voor is, de energietransitie daar in negatieve zin aan zal bijdragen.

Tegelijk staat het vast dat niet iedereen de omschakeling mee zal kunnen maken; voor mensen die hun werk verliezen en die niet van-werk-naar-werk kunnen worden begeleid, moet een compensatie voor  hun inkomensverlies komen via een Transitiefonds, iets dat we op dit moment een Kolenfonds noemen. We hebben hierin als samenleving een verantwoordelijkheid, dus het is niet meer dan rechtvaardig dat de overheid ook een bijdrage levert aan dat transitiefonds.

“Voor mensen die hun werk verliezen en die niet van-werk-naar-werk kunnen worden begeleid, moet een compensatie voor  hun inkomensverlies komen via een Transitiefonds.”

Het derde aspect van de FNV-inzet op het klimaatbeleid is de eerlijke transitie; de eerlijke verdeling van kosten van de energietransitie. Zoals nu al volop zichtbaar is, is dat een cruciaal aspect voor het maatschappelijk draagvlak. Het speelde mee in de recente verkiezingen voor de Provinciale Staten, waar de rechts-populistische partij Forum voor Democratie bijna uit het niets de winnaar werd, mede vanwege hun klimaatscepsis en het hameren op onnodig hoge kosten voor de burger.

Als het gaat om de eerlijke verdeling van de kosten is het voor mij als vakbondsbestuurder extra ingewikkeld. Bij het bekend worden van de contouren van het Klimaatakkoord in december vorig jaar, heb ik samen met de milieubeweging aangegeven het voorstel niet te kunnen steunen zoals het er toen lag.

Samen hebben we gepleit voor een generieke CO2-beprijzing, te betalen door de industrie die het meest uitstoot. Maar het zal duidelijk zijn dat dit een gevoelige aangelegenheid is voor een vakbond, omdat we ook opkomen voor de belangen van onze leden die in de industrie werken.

Terwijl we in het belang van al onze leden ook vooruit moeten kijken naar een duurzame toekomst. Dat is een delicate balans waarbij ik de opdracht voel om die zeer zorgvuldig te bewaren. Het evenwicht bewaren kan alleen als we goed samenwerken met de milieubeweging en de politiek. Als er al te radicale voorstellen komen, zonder rekening te houden met de kosten voor de burgers en voor het midden- en kleinbedrijf, of als wordt onderschat wat de effecten op het bedrijfsleven zijn, zonder oog te hebben voor de betrokken medewerkers, dan zal het draagvlak bij onze miljoen leden snel afbrokkelen.

“Samen met de milieubeweging hebben we gepleit voor een generieke CO2-beprijzing, te betalen door de industrie die het meest uitstoot. Maar het zal duidelijk zijn dat dit een gevoelige aangelegenheid is voor een vakbond, omdat we ook opkomen voor de belangen van onze leden die in de industrie werken.”

Dit zijn de aspecten van beleid op de arbeidsmarkt waar we ons op richten. Goed klimaatbeleid is van groot belang, ook in onze ogen. Maar het is tegelijk een goede gelegenheid om dat beleid te koppelen aan vakbondswerk. We wachten daarbij als FNV niet lijdzaam af wat de maatregelen van het kabinet zullen zijn. Om onze Klimaatvisie – onze Green New Deal – in de praktijk te brengen hebben we een plan gemaakt; we noemen dat de DOE-agenda. Waar bestaat die FNV-agenda uit?

Samen met onze maritieme bond Nautilus International hebben we een project Wind op Zee; in de Noordzee zijn immers enorme windparken aan het verrijzen. Dat is een nieuwe sector, die nog niet goed gereguleerd is. Daarom willen we een cao tot stand brengen die zorgt dat het gaat om Echte Groene Banen.

Als gezegd maken we ons zorgen over de arbeidsomstandigheden in de energietransitie. Het moet gaan om veilig en gezond werk. Daarom willen we dat de Inspectie van het ministerie van SZW een speciaal team samenstelt om hier actief op toe te zien. We zijn al in gesprek met het ministerie hierover.

Een belangrijk deel van de nieuwe banen zullen ontstaan in de installatiebranche. We zijn een programma aan het opzetten om de werkers in deze sector, die voor een deel arbeidsmigranten zijn, beter te organiseren, en ze helpen voor hun belangen op te komen en de goede arbeidsvoorwaarden en arbeids- en leefomstandigheden af te dwingen.

Samen met de NVDE, de vereniging van duurzame energieproducenten, zetten we momenteel een project op om die bedrijven ervan bewust te maken dat het niet alleen gaat over Planet en Profit, maar ook om People, dus hun werknemers.

“Een belangrijk deel van de nieuwe banen zullen ontstaan in de installatiebranche. We zijn een programma aan het opzetten om de werkers in deze sector, die voor een deel arbeidsmigranten zijn, beter te organiseren, en ze helpen voor hun belangen op te komen en de goede arbeidsvoorwaarden en arbeids- en leefomstandigheden af te dwingen.”

We willen op meerdere plekken in het land meetups organiseren met jongeren. Het gaat hier natuurlijk om hun toekomst; in algemene zin, maar ook als het erom gaat dat ze terecht komen in Echte Groene Banen. En in onze 30 vakbondshuizen gaan we bijeenkomsten organiseren voor leden en niet-leden om het belang van klimaatmaatregelen te benadrukken, en ze de mogelijkheden aan te reiken de situatie in hun eigen dorp, stad of regio te beïnvloeden. En zo ook het draagvlak te bevorderen.

Ik kom tot mijn afronding. Zoals ik al zei is samenwerking erg belangrijk. Tussen de vakbeweging en de milieuorganisaties, tussen vakbonden onderling, nationaal en internationaal. En dus ook zoals we hier zitten, met mensen die de noodzaak tot verandering erkennen en samen willen nadenken hoe de transitie zo effectief en verstandig mogelijk tot stand kan worden gebracht, met oog voor de urgentie. Het is allang niet meer de vraag of de transitie tot stand moet komen, maar de vraag hoe we dat gaan doen, ook met betrekking tot de arbeidsmarkt. Want laten we niet vergeten en om met Naomi Klein te spreken: this changes everything!

Image

Kitty Jong

Vicevoorzitter FNV